President Chan Santokhi van Suriname heeft gereageerd op de excuses die premier Mark Rutte namens de Nederlandse Staat heeft aangeboden voor het slavernijverleden. Santokhi zegt “goede nota” te hebben genomen van de toespraak van Rutte, maar uit ook kritiek op de eenzijdige werkwijze van het Nederlandse kabinet.
Er was veel ophef ontstaan in de aanloop naar de excuses van Rutte, omdat het kabinet laat bekendmaakte over de plannen voor de toespraak op 19 december. Hierdoor was er weinig tijd om met andere partijen te overleggen over hoe het gesprek zou moeten plaatsvinden. Veel organisaties hadden voorgesteld om de toespraak te verplaatsen naar Ketikoti op 1 juli, de dag waarop de afschaffing van de slavernij jaarlijks wordt gevierd. Het kabinet ging echter niet in op dat voorstel.
Santokhi geeft aan dat een gezamenlijke aanpak vanaf het begin meer voor de hand had gelegen om samen te werken naar een moment van eer en herstel. Volgens hem is de voorbereiding van het aanbieden van excuses even belangrijk als het daadwerkelijk aanbieden ervan.
De president hoopt de komende maanden verbetering te zien. Hij stelt dat er nog veel werk te verzetten is en dat Suriname een integraal onderdeel moet zijn van het proces van eerherstel voor tot slaaf gemaakten.
Santokhi zal ook met minister Franc Weerwind voor Rechtsbescherming spreken om de excuses verder te bespreken. Het overleg stond sowieso al gepland omdat Weerwind deze week een werkbezoek aan Suriname brengt. Eerder was er onrust ontstaan in de Surinaamse gemeenschap over het feit dat Weerwind mogelijk excuses zou aanbieden namens het kabinet. Belangenorganisaties vonden dat een wit persoon deze excuses zou moeten maken in plaats van Weerwind, omdat hij zelf een nazaat van een tot slaaf gemaakte is. Weerwind vond deze kritiek pijnlijk en benadrukte dat hij optreedt als vertegenwoordiger van het huidige bestuur.
